dinsdag 19 april 2016

Glauber Braga

Tussen al het soms bedenkelijke verbale geweld tijdens de impeachment-sessie in het Huis van Afgevaardigden eergisteren waren het vooral de federaal afgevaardigden ter linkerzijde van het Braziliaanse politieke spectrum die met enige nuchterheid stand wisten te houden in de verdediging van de grondbeginselen van de democratische rechtsstaat in Brazilië. Met name de afgevaardigden van de PSOL, een afsplitsing van de Partido dos Trabalhadores (PT) van de presidenten Luiz Inácio Lula da Silva en Dilma Rousseff, toonden zich uiterst bedreven om het pro-impeachmentkamp en Kamervoorzitter Eduardo Cunha het vuur aan de schenen te leggen. De partij maakt in tegenstelling tot de PCdoB (Partido Comunista do Brasil) en de PDT (Partido Democrático Trabalhista) geen deel uit van de zittende coalitie van presidente Dilma en is een thuishaven voor Brazilianen die geen voorstander zijn van de politiek agenda van de PT en haar bondgenoten, maar toch een links-progressieve koers voorstaan. In hun politieke statements leggen de afgevaardigden van de PSOL de nadruk op sociale gerechtigheid en mensenrechten. Zo ook afgelopen zondag in het parlement, waar politici als Ivan Valente en Luiza Erundina uit São Paulo of Jean Wyllys en Chico Alencar uit Rio de Janeiro hun vinger op de stinkende wonde van gesjoemel met de beginselen van de rechtsstaat en de welig tierende corruptie binnen de Braziliaanse politiek wisten te leggen. Het meest aansprekend voor mij was de stemverklaring van de jeugdige Glauber Braga, federaal afgevaardigde voor de PSOL namens de deelstaat Rio de Janeiro.


Moedig wist hij Kamervoorzitter Cunha in zijn openingszinnen de wacht aan te zeggen en hem te wijzen op zijn onwaardigheid om een dergelijke impeachment-procedure te leiden. Eduardo Cunha wordt immers sterk verdacht van illegale zelfverrijking binnen het lopende Lava Jato-corruptieproces rond de Braziliaanse energiegigant Petrobras. Daarnaast droeg Glauber zijn stem op aan ikonen uit de strijd tegen de militaire dictatuur als Carlos Marighella en Plínio de Arruda Sampaio. Tevens refereerde hij aan Zumbi dos Palmares, de leider van een slavenopstand in de zeventiende eeuw.

In het onzekere politieke discours van de komende tijd in Brazilië zijn bijdragen als die van Glauber Braga in het debat die mij geruststellen over de progressieve voortgang van het democratische bestel in Brazilië. 



Geen opmerkingen:

Een reactie posten