woensdag 3 november 2010

Nieuwe PSDB-oppositieleider

De PSDB likt haar wonden na de nederlaag van haar kandidaat José Serra bij de recente presidentsverkiezingen. De partij moet een weg zien te vinden hoe de PT-dynastie van Lula en Dilma Rousseff over vier jaar te kunnen doorbreken en haar kandidaat wederom aan de macht te helpen.
Direct na 30 november wurmde de populaire oud-gouverneur van Minas Gerais en senator Aécio Neves (kleinzoon van de eerste burgerpresident na de militaire dictatuur Tancredo Neves) zich naar voren als de oppositieleider tegen de nieuwe regering en daarmee als de kandidaat voor de presidentsnominatie van 2014. Veel te voorbarig, meent de oud-president en boegbeeld van de partij Fernando Henrique Cardoso. Aécio is sterk uit de strijd gekomen maar is volgens hem daarmee nog niet de natuurlijke kandidaat. FHC heeft inmiddels binnen de PSDB de discussie geopend om reeds in 2012 haar kandidaat voor het presidentschap te lanceren en zo twee jaar de tijd te creëren om het Braziliaanse publiek in haar richting te masseren. Hij wordt daarbij ondersteund door de partijvoorzitter Sérgio Guerra, de huidige fractieleider in het Huis van Afgevaardigden João Almeida en de partijprominent Teotonio Vilela Filho, de huidige gouverneur van de deelstaat Alagoas. Voor de laatste bestaat er zelfs de mogelijkheid dat José Serra voor de derde maal een gooi naar de kandidatuur zal doen.
Oppositie tegen dit idee van FHC komt uit de invloedrijke PSDB-afdeling van de deelstaat São Paulo die haar kaarten lijkt te zetten op de huidige gouverneur Geraldo Alckmin. Deze heeft zelf aangegeven er geen been in te zien om gelijktijdig presidentskandidaat en gouverneur van de deelstaat te zijn. Senator Álvaro Dias pleit in deze kring eerder voor de opbouw van een partijdemocratisch stelsel om de kandidaat te kiezen.
Zoals het er nu uitziet zal het de komende jaren gaan tussen Aécio Neves en Geraldo Alckmin om zich te profileren als de kandidaat voor 2014. Vooralsnog denk ik dat Aécio als oppositieleider in het Congres op dit moment de beste papieren heeft.

maandag 1 november 2010

Brazilië heeft een nieuwe president

Een historische dag voor Brazilië. Voor het eerst in haar geschiedenis is een vrouw verkozen tot staatshoofd en regeringsleider. Het is aan Dilma Rousseff de taak om als president de ingeslagen koers van haar immens populaire voorganger Luiz Inácio Lula da Silva voort te zetten en uit te bouwen.
Met ruim 55% van de uitgebrachte stemmen wist ze haar concurrent José Serra achter zich te laten, wiens indrukwekkende politieke carrière hiermee definitief wel ten einde zal zijn. De kans dat hij, die reeds alles al heeft gedaan (parlementariër, minister, burgemeester en gouverneur), voor de derde keer een gooi naar het presidentschap zal doen lijkt verkeken. Een nieuwe generatie PSDB-ers staat klaar om de leiding in het centrum-rechtse kamp te nemen.
Dilma heeft haar overwinning te danken aan overwinningen in Rio de Janeiro, Minas Gerais, het Federaal District en de staten in het noordoosten van Brazilië. Tekenend was de winst van Serra in het zakencentrum São Paulo en die deelstaten van het land waar de agrobusiness de dienst uitmaakt, zowel in het zuiden (Rio Grande do Sul, Santa Catarina en Paraná) als de frontierstaten in het Amazonegebied, zoals bv. Mato Grosso (do Sul) en Rondônia.
Opvallend is dat afgaande op de gouverneursverkiezingen in de deelstaten de oppositie van PSDB en DEM een meerderheid van de stemmen heeft behaald (52,3%), maar dat de nieuwe regering-Rousseff door de parlementsverkiezingen via de verkiezingscoalities kan rekenen op ruime steun in de beide kamers van het Congres. Er worden slechts onderhandelingen verwacht met drie partijen die zich tijdens de verkiezingsstrijd aan geen van beide kampen verbonden had: de PP, de PTB en natuurlijk de Partido Verde van de verrassing van 2010 Marina Silva. (Die heeft aangegeven persoonlijk niet meer in aanmerking te komen voor een ministerschap en zich geleidelijk uit de actieve politiek wil trekken.)
De kampen zijn betrokken voor een nieuwe vier jaar Braziliaans politiek gewoel en gedeal. Zal Rousseff Lula kunnen doen vergeten? Of zal ze de tussenpaus blijken te zijn naar een nieuwe periode-Lula na 2014?

dinsdag 5 oktober 2010

Eerste indrukken verkiezingen 3 oktober

De eerste ronde van de verkiezingen in Brazilië zijn achter de rug. Op 31 oktober aanstaande zullen de Brazilianen opnieuw naar de stembus moeten om in de tweede ronde de nieuwe president te kiezen. Het gaat die dag zoals reeds verwacht werd tussen Dilma Rousseff en José Serra. Maar de grote winnaar van de eerste ronde is voor mij toch de groene kandidaat Marina Silva geworden. Alhoewel als derde eindigend en daardoor uitgesloten van de tweede ronde heeft zij het afgelopen zondag met 20% van de stemmen onverwachts toch uitstekend gedaan. Serra eindigde immers op 33%. Een dergelijk klein verschil tussen nummer twee en drie is niet eerder in de recente Braziliaanse geschiedenis voorgekomen.
De dag na de uitslag is het grote touwtrekken aan de stemmen van Marina en haar Partido Verde begonnen. José Serra wijst op de goede verstandhouding die hij in zijn thuisstaat São Paulo in zijn hoedanigheid als gouverneur met de groenen heeft opgebouwd, terwijl verliezend PV-gouverneurskandidaat in Rio de Janeiro (Fernando Gabeira) zich reeds eerder tot het Serra-kamp liet rekenen. Het Dilma-kamp wijst erop dat Marina door haar PT-verleden een natuurlijke bondgenote voor de socialisten is, maar persoonlijk vind ik die redenering niet erg sterk. Marina is uit de PT (en als PT-minister van milieu) gestapt wegens haar ongenoegen over de milieukoers van de zittende regering-Lula en ik verwacht op dit gebied van Dilma weinig koersverandering op dit moment. Marina Silva speelt trouwens zelf met de gedachte een ledenraadpleging binnen de groene partij uit te schrijven. Kortom: oktober wordt nog een politiek zeer interessante maand.
Grote verrassingen bij de senaatsverkiezingen zijn de nederlaag van het PSDB-kopstuk Tasso Jereisatti in de deelstaat Ceará, uitgesproken tegenstander van president Lula. Hij is inmiddels teleurgesteld uit de politiek gestapt. In de deelstaat Amazonas kreeg het politieke dier Arthur Virgílio geheel tegen de verwachting in klop van een communistische kandidate en mag ambtloos thuis blijven.
Terwijl in de deelstaat Tocantins de inmiddels 82-jarige 'vader des vaderlands' Siqueiro Campos voor de vierde maal tot gouverneur is verkozen zal het o.a. in de deelstaten Pará, Goiás en Roraima tot een spannende tweede ronde komen. In de drie machtigste deelstaten geen verrassingen, daar kwamen Geraldo Alckmin in São Paulo, Sérgio Cabral in Rio de Janeiro en Antonio Anastasia in Minas Gerais als verwachte winnaars uit de bus.
En ja, dan de leuke winnaars: de voetballers (Romário, Bebeto en bijna oud-PSV-er Vampeta), filmsterren en tv-persoonlijkheden. Al ziet het er naar uit dat de man met nationaal de meeste voorkeursstemmen (de clown Tiririca in São Paulo) wegens vermeend analfabetisme niet tot het federale Huis van Afgevaardigden toegelaten zal worden.

donderdag 23 september 2010

Nog 2 weken

Bizar, terwijl de zittende regering van president Lula ongekende populariteit onder de bevolking blijft genieten moet de Lula-kandidaat voor het komend presidentsschap (Dilma Rousseff) dagelijks alles op alles moet zetten om boven de 50%-grens te komen om reeds in de eerste ronde de overwinning binnen te kunnen halen.
Volgens de laatste cijfers van opiniepeiler Datafolha staat op dit moment 78% van de bevolking uiterst positief ten opzichte van Lula, terwijl maar 4% uitgesproken negatief over hem is. Kijkt men naar de laatste peilingen voor de komende presidentsverkiezingen dan is Lula-kandidaat Rousseff op dit moment weer onder de 50% (49%) van de stemmen gedaald, waardoor de Brazilianen in november opnieuw naar de stembus zullen moeten voor de tweede ronde. Haar tegenstrevers José Serra en Marina Silva staan op dit moment op respectievelijk 28 en 13%.
Hoeveel (vermeende) corruptieschandalen zullen er de komende twee weken na de zaak-Erenice Guerra nog via de media boven water komen en zal het Rousseff cs. lukken deze zonder al te veel kleerscheuren van zich af te laten glijden om haar winst reeds in de eerste ronde te kunnen vasthouden? Vamos ver!

vrijdag 2 juli 2010

Politieke zendtijd en TSE

Bij Braziliaanse verkiezingen moet men twee zaken in de gaten houden. Aan de ene kant de politieke allianties die met elkaar voor 1 juli gesloten worden. Deze verbindingen (coligações) bepalen o.a. de hoeveelheid gratis zendtijd die partijen tot aan de verkiezingen in oktober toebedeeld krijgen. In een land waar televisie (en radio) een grote rol in het dagelijks leven speelt bepaald geen sinecure. Hoe serieus dit wordt genomen wordt bijvoorbeeld aangetoond door de steun die de piepkleine christendemocratische partij PSC (Partido Social Cristão) deze week voor presidentskandidaat Dilma Rousseff uitsprak. Deze formele steun levert 20 seconden dure politieke zendtijd extra op voor de kandidaat van de PT.
Aan de andere kant is het van belang de uitputtingsslag die de partijen bij het TSE (Tribunal Superior Eleitoral) met elkaar uitvechten in het oog te houden. In Brazilië is dit hoge gerechtelijk college verantwoordelijk voor een ordentelijk verloop van de democratische verkiezingen. De electorale spelregels zijn strikt. Het is voor de deelnemende partijen verboden om voor 1 juli, de dag dat officieel bekend wordt wie voor welke partij aan de verkiezingen deelneemt, politieke reclame te maken. Met het oog op deze bepaling is het een kat-en-muisspel tussen de rivaliserende partijen geworden om elkaar bij het TSE aan te klagen wegens ongeoorloofde reclame voor de formele datum dat de verkiezingen in oktober plaatsvinden. Tot op heden is de PT tot zesmaal toe, na een aanklacht van het Electoraal Openbaar Ministerie (Ministério Público Eleitoral), door de rechters op de vingers getikt, waardoor haar kopstukken (zittend president Lula en kandidate Dilma Rousseff) zijn veroordeeld tot hoge geldboetes en een verbod op politieke propaganda in het eerste semester van 2011. Dit verkiezingsjaar lijkt de PT er minder in te slagen om haar tegenstrevers van voornamelijk de PSDB/DEM/PPS veroordeeld te krijgen. Stuk voor stuk aanslagen op de verkiezingskas van de betreffende partij en zie daar de uitputtingsslag. Hoe meer boetes te betalen des te minder geld er overblijft voor andere electorale doeleinden.
Voor meer spelregels, zie: www.tse.gov.br

woensdag 30 juni 2010

Strijd om vice-presidentschap naast José Serra

Donderdag 30 juni nadert en de Braziliaanse partijpolitiek bruist op volle toeren. Morgen moeten de partijen (of in Brazilië beter gezegd de coalities van partijen)officieel bekendmaken wie zich waar in oktober van dit jaar verkiesbaar stelt. Met die deadline in zicht worden electorale zaken beslist en tegelijkertijd politieke carrières gemaakt of gebroken.
Het spel wordt hoog gespeeld en dat kwam dit jaar bij uitstek tot uiting bij de keuze voor het vice-presidentschap naast presidentskandidaat José Serra (PSDB). De DEM (voorheen de PFL) is sinds jaar en dag een politieke bondgenoot van de PSDB. Deze week kwamen de twee politieke vrienden danig met elkaar in aanvaring toen via Twitter was uitgelekt dat de keuze was gevallen op Álvaro Dias, een PSDB-er uit de deelstaat Paraná. Deze keuze werd ingegeven door de strategische overweging diens broer Osmar Dias te verleiden naar het kamp van Serra over te stappen en zo van zijn gouverneurschap in Paraná (door de PT/PMDB gesteund in ruil voor Dias's steun voor PT-presidentskandidate Dilma Rousseff) af te zien. Nadat Osmar zijn keuze voor Rousseff bevestigde leek de PSDB aanvankelijk toch aan de kandidatuur van Álvaro vast te houden. Binnen de DEM werd vervolgens openlijk gesproken over een breuk met de PSDB als deze zou afzien van een DEM-kandidaat. Kopstukken van beide partijen kwamen meerdere malen in São Paulo en Brasília bijeen om een uitweg uit de impasse te vinden. Ze kwamen uit bij de kandidatuur van de jeugdige DEM-politicus Índio da Costa uit Rio de Janeiro, door José Serra hoogstpersoonlijk op de valreep bekend gemaakt tijdens een DEM-conventie op 29 juni. Met Índio da Costa (kopstuk van het succesvolle anti-corruptieproject Projeto Ficha Limpa) hoopt men in Rio de Janeiro stemmen voor Serra binnen te halen, een sleuteldeelstaat waar de PSDB slecht in de peilingen staat. De coalitie tussen de PSDB en de DEM is weer verzegeld. De messen zijn geslepen.

vrijdag 28 mei 2010

De eerste electorale stootjes

De strijd voor de presidentsverkiezingen in oktober dit jaar moet nog echt ontbranden, maar de eerste, standaard electorale schermutselingen zijn al in volle gang. De Braziliaanse kieswet schrijft immers voor dat slechts vanaf vier maanden voor de verkiezingsdag electorale boodschappen in de media mogen verschijnen. Dat betekent dit jaar dat verkiezingsmateriaal pas vanaf 5 juli uitgezonden mag worden.
Het is echter inmiddels tot het vaste electorale repertoire gegroeid dat de tegenstrevende partijen elkaar aan de lopende band voor de kiesrechter (TSE, Tribunal Superior Eleitoral) dagen wegens overtreding van dit voorschrift en de tegenpartij zodoende danig op kosten te jaagt. Resultaat: voortdurend smeuïge artikelen in de media.
Dit jaar is de PT van presidentskandidate Dilma Rousseff en zittend president Lula reeds tot viermaal toe door de TSE veroordeeld tot een geldboete, variërend van 5.000tot 20.000 reais en een verbod op het uitzenden van politieke spotjes in het eerste semester van 2011.
Gisteren rook de PT haar kans om terug te slaan en daagde de DEM wegens voortijdige verkiezingsreclame voor de rechter, nadat deze partij in een 'gewoon' politiek spotje quotes van presidentskandidaat José Serra van coalitiegenoot PSDB had uitzonden. De claim lijkt weinig kans te maken, omdat in het filmpje Serra geen enkele keer als presidentskandidaat wordt afgeschilderd, de quotes zijn opgenomen tijdens een gezamelijk congres van de DEM met de PSDB en PPS.

vrijdag 7 mei 2010

Urso Branco-slachting

Op 1 januari 2002 werden gedetineerden, die wegens doodsbedreigingen van medegevangenen reeds in de beveiligde afdeling van de Urso Branco-gevangenis in Porto Velho (hoofdstad van de deelstaat Rondônia) verbleven, overgeplaatst naar de gewone cellencomplexen. De volgende dag vonden 27 van hen de dood, soms op gruwelijke wijze. Zo werden 5 van hen onthoofd aangetroffen en andere doden kwamen met messteken om het leven. De slachting wordt gezien als de ergste sinds de moordpartij in de Carandiru-gevangenis van São Paulo in 1992, waarbij 111 gedetineerden door politieoptreden de dood vonden.
In totaal zestien gedetineerden werden in staat van beschuldiging gesteld. Gisteren vonden de eerste berechtingen voor een juryrechtbank plaats. De eerste twee verdachten (Michel Alves das Chagas en Anselmo Garcia de Almeida) werden schuldig bevonden en respectievelijk tot 486 en 445 jaar gevangenisstraf veroordeeld (per gedode detineerde resp. 18 en 16,5 jaar). De veroordeelden zeggen onschuldig te zijn en gaan in hoger beroep. Dit mogen zij echter niet in vrijheid afwachten. De rechtszaak wordt gevolgd door een speciale mensenrechtencommissie van de OAS, omdat de Braziliaanse Staat zelf in deze zaak internationaal ter verantwoording is geroepen.
De toenmalige directie van de Urso Branco, verantwoordelijk voor de overplaatsing, is ook wegens moord aangeklaagd en zal na analyse van de door hen getroffen beschermingsmaatregelen worden berecht voor een juryrechtbank.

woensdag 14 april 2010

Stand van zaken moordproces Dorothy Stang


Op 12 februari 2005 werd in Anapu, een stadje in het binnenland van de deelstaat Pará, de 73-jarige Amerikaanse non Dorothy Stang met zes kogels om het leven gebracht. De moordaanslag leidde tot grote nationale en internationale verontwaardiging. Stang zette zich reeds decennialang in voor de rechten van de landarbeiders in de regio en was daarnaast een vooraanstaand activiste waar het ging om een duurzaam beheer van het Amazone-regenwoud. Ingegeven door de urgentie die ook de regering-Lula aan de zaak hechtte werd de civiele politie werd in haar onderzoek naar de moord bijgestaan door manschappen van de federale politie en de militaire strijdkrachten. Al snel kwamen dan ook de vijf verdachten voor de moordaanslag in beeld: de grootgrondbezitters Vitalmiro Bastos de Moura (Bida) en Regivaldo Pereira Galvão (Taradão) als opdrachtgevers, Rayfran das Neves Sales en Clodoaldo Carlos Batista als moordenaars en Amair Feijoli da Cunha als bemiddelaar tussen de voorgaande vier. De berechting van de laatste twee (het voetvolk) verliep snel. Amair zag zijn straf met eenderde verminderd wegens meewerking in het onderzoek en werd tot 18 jaar gevangenisstraf veroordeeld, terwijl Clodoaldo wegens medeplichtigheid voor 17 jaar achter de tralies verdween. Rayfran bekende al tijdens zijn eerste proces in 2005 schuld en werd door een juryrechtbank tot 27 jaar veroordeeld. Omdat de Braziliaanse wet voorschrijft dat eenieder die in een moordzaak tot meer dan 20 jaar detentie wordt veroordeeld het recht heeft op een tweede proces werd zijn veroordeling in de loop van de jaren voortgezet, maar telkenmale door juridische trainering van de verdediging tot op de dag van vandaag uitgesteld. En dan de grote jongens, Bida en Taradão. Over laatstgenoemde kan ik kort zijn. Hij loopt vandaag de dag nog vrij rond, in afwachting van het proces tegen hem dat eind deze maand zal beginnen (5 jaar na dato!). Maar Vitalmiro Bastos de Moura werd het gezicht van de moordaanslag. Hij werd reeds in mei 2007 door een juryrechtbank tot 30 jaar gevangenisstraf veroordeeld, maar tijdens zijn verplichte tweede proces een jaar later werd hij geheel onverwachts door de zittende jury vrijgesproken. Dit leidde tot grote verontwaardiging buiten de rechtszaal en uiteindelijk na hoger beroep door het OM tot een nieuwe arrestatie van Bida in februari 2009. Afgelopen maandag was het dan uiteindelijk zover: Bida werd door een juryrechtbank in de hoofdstad Belém do Pará definitief veroordeeld tot 30 jaar detentie voor de moord op Dorothy Stang. Maar zoals wel vaker in dit soort rechtszaken in Brazilië: wordt vervolgd.

zaterdag 10 april 2010

Feijoada completa

Op verzoek, het recept voor een feijoada completa.

Voor 10 personen Een nacht marineren

1,5 kilo zwarte bonen
500 gram soepvlees
1-2 varkenstongen (eventueel gerookt)
500 gram gedroogd vlees
500 gram varkenslende
150 gram gerookte spek
750 gram lingüiça (chorizo)
1 varkenspoot
1 varkensoortje
1 varkensstaart
Olie
6 uien
8 teentjes knoflook
1 sinaasappel
3 laurierbladeren
Zout en peper

Voor de marinade
3 eetlepels wijnazijn
3 teentjes knoflook
2 theelepels zout
3 theelepels peper

De gewassen bonen in ruim water een nacht laten weken. Eveneens een avond van te voren de verschillende vleessoorten in een marinade van wijnazijn, geplette teentjes knoflook, zout en peper leggen.
De volgende dag in een grote pan in een beetje olie 2 kleingesneden uien en 3 geplette teentjes knoflook aanbakken, de zwarte bonen met het weekwater toevoegen en op laag vuur anderhalf uur laten koken. (Eventueel water gaandeweg toevoegen.)
In een andere pan 4 grote, in ringen gesneden uien, 5 geplette teentjes knoflook en de laurierbladeren in olie fruiten tot de uienringen zacht en glazig zijn. De verschillende vleessoorten om de tien minuten, in de volgorde van het recept toevoegen. Let hierbij op de gaartijden van het vlees! Alles laten smoren. Het vlees moet uiteindelijk zeer zacht zijn, maar mag niet uit elkaar vallen. Na ongeveer anderhalf uur het vlees, de worstjes en de andere ingrediënten in de bonenpan gieten en alles tezamen nog eens 1,5 tot 2 uur op laag vuur laten pruttelen. Af en toe even doorroeren. Eventueel met peper en zout verder op smaak brengen. De bonen moeten zacht zijn, maar mogen niet verkookt worden, en de bouillon moet rijkelijk en gebonden zijn. Let er evenwel op dat de feijoada geen soep geworden is!!! Tijdens het koken een geschilde sinaasappel toevoegen. Hierdoor vermindert het vetgehalte.

Bom apetite!

dinsdag 6 april 2010

Inmiddels bij de buren



Vandaag een uitstapje naar de buren, naar Paraguay. Daar lijkt de politieke arena, zoals te verwachten was bij het aantreden van de linkse president Fernando Lugo in een land waar de heersende rechts-conservatieve maatschappelijke structuren nog in volle glorie bestaan, volledig gepolariseerd te zijn.
De conservatieve oppositie heeft de president en zijn linkse blok (Frente Guasu, Guaraní voor Volksfront, te vergelijken met de Frente Amplio in Uruguay) dan ook in een allesverlammende politieke houdgreep genomen. Waar Lugo het trouwens zelf naar heeft gemaakt. Hij was in een vorig leven bisschop binnen de rooms-katholieke kerk, die tijdens zijn priesterschap een hele reeks kinderen (bij verschillende vrouwen) op aarde gezet blijkt te hebben. Het is zijn Achilleshiel geworden. Telkens als zijn regering vergaande hervormingen op politiek en sociaal gebied in gang wil zetten dreigt de oppositie met een formele afzettingsprocedure. Dit verlamt vervolgens elke dialoog, noodzakelijk om toch maar iets voor elkaar te kunnen krijgen in een land dat in vele opzichten qua maatschappelijke problemen op Brazilië lijkt: een enorme ongelijkheid in eigendomsverhoudingen (80% van het vruchtbare land is in handen van 1% van de bevolking, terwijl 85% van de boeren het met 6% te doen heeft) en sociaal-economische problemen binnen de grote groep van de inheemse bevolking en landloze boeren.
De aanhang van president Lugo dreigt inmiddels haar geduld te verliezen. Radicale volgelingen kijken reeds met een schuine blik naar de links-populistische Venezolaanse president Hugo Chávez c.s. en schofferen de Amerikaanse ambassade in de hoofdstad Ascunción met onbesuisde uitspraken. Vervolgens zet de regering-Obama Paraguay naast Honduras op de lijst van risicolanden die achter Caracas zou kunnen gaan aanlopen, terwijl president Lugo zelf vreest eenzelfde lot als zijn Hondurese collega Manuel Zelaya, die na een staatsgreep politiek werd uitgeschakeld.
Fernando Lugo wist bij zijn aantreden dat het met zijn hervormingsagenda niet gemakkelijk zou gaan, maar nu lijken zijn rechts-conservatieve tegenstrevers hem op een wel heel eenvoudige wijze politiek machteloos te maken.

maandag 5 april 2010

Wat wil Lula?

Wat gaat de immens populaire president Lula (bijna 80% van de Braziliaanse ondervraagden ziet hem zitten) doen na de verkiezingen? Dat is de vraag die Brazilië op dit moment bezighoudt. Aangezien hij heeft aangegeven de federale grondwet niet te willen veranderen gaat hij niet voor een derde aansluitende termijn. Maar afgelopen vrijdag gaf hij wel aan "op de helft van zijn politieke carrière te zitten'. Wat wil Luiz Inácio Lula da Silva?
Geruchten zeggen dat bij een overwinning van José Serra, kandidaat van de tegenpartij PSDB, hij zijn rol als oppositieleider wil gaan spelen en over vier jaar wél voor een derde termijn te willen gaan. Mocht zijn protegé Dilma Rousseff de presidentsverkiezingen winnen dan zou, volgens het Spaanse dagblad El País, een ministerschap, meer concreter het voorzitterschap van een tweede Petrobrás (de belangrijkste aardoliemaatschappij van het land) voor de hand liggen. Gezien zijn internationale ambities lijkt ook een internationale functie tot de mogelijkheden te behoren.
Wat wil Lula? Ik heb werkelijk geen flauw idee. Het lijkt me voor hem, gezien zijn populariteit, niet echt een gemakkelijke keuze.

zondag 4 april 2010

Vergonha

Ik wilde dit weekeinde een stukje bloggen over de vele uitbundige rooms-katholieke paasfestiviteiten in Brazilië, maar wegens de schandalige manier waarop die kerk met de seksuele escapades van haar personeel omgaat doe ik het genootschap een tijdje in de ban. Als troost een Braziliaans recept:

Torta de Sardinha e Queijo

Voor 6 personen

Voor het deeg:
2 bekers volle melk
3 eieren
1 beker olie
1 bouillonblokje
1,5 beker meel
1 pakje bakpoeder


Voor de vulling:
1 blikje sardientjes
3 tomaten
1 kleine ui
Olie
Oregano
Zout, peper
150 gr. jonge kaas
1 klein blikje palmharten (of als vervanging asperges)

Melk, eieren, olie en bouillonblokje met een garde vermengen, Beetje bij beetje het met bakpoeder vermengde meel toevoegen en tot een deeg kneden.
De in schijven gesneden tomaten en ui met olie, oregano, zout en peper kruiden. Bodem en wand van een ovenschaal met 2/3 van het deeg bekleden en een voor een tomaten/ui, sardientjes, kaas en palmharten toevoegen. Alles met de rest van het deeg bedekken en bij 250 graden circa 50 minuten in een oven bakken.

Bom apetite!

zaterdag 3 april 2010

Once upon a time in the Brazilian West

Voor de buitenwereld leek de rust weergekeerd in het zuidwesten van de deelstaat Pará, in de volksmond het Wilde Westen van Brazilië genoemd. Het is een gebied waar reeds decennia grote fricties bestaan tussen enerzijds landarbeiders en (landloze) boeren en anderzijds het grootkapitaal, de grootgrondbezitters (fazendeiros) en grote ondernemingen. Spanningen die leiden tot dagelijkse bedreigingen aan het adres van boerenleiders en mensenrechtenactivisten ter plekke en waar zo nu en dan doden bij vallen. Het regionale justitieel apparaat is zwak en vaak corrupt, waardoor de opdrachtgevers tot de moorden in negen van de tien gevallen uiteindelijk straffeloos vrijuit gaan. Volgens de Comissão Pastoral da Terra, een kerkelijke organisatie die zich bezighoudt met de Braziliaanse landproblematiek, hebben sinds 1971 ruim achthonderd mensen in Pará in deze kwestie een gewelddadige dood gevonden.
Pará was de laatste dertig jaar derhalve veelvuldig voorpaginanieuws in Brazilië. Het geweld rond het stadje Xinguara had reeds in de jaren '80 en '90 geleid tot nationale consternatie na de moord op vakbondsleider João Canuto de Oliveira en later zijn drie zoons, gevolgd door de slachting van Eldorado dos Carajás in 1986. Deze moordpartij door de militaire politie, waarbij in opdracht van lokale grootgrondbezitters en deelstaatpolitici 19 landloze boeren de dood vonden en meer dan 60 zwaargewond raakten, heeft de conflicten in Pará ook internationaal op de kaart gezet. In mijn eerste jaren voor Amnesty International was dit het item waar ik lange tijd mee in touw ben geweest en waar vele Amnesty-groepen jarenlang tientallen brieven voor hebben geschreven.
De volgende moordpartij die internationaal de aandacht trok (de moord in opdracht van een machtige fazendeiro op de Amerikaanse non Dorothy Stange in Altamira) voltrok zich pas negen jaar later. Hierdoor zou de illusie kunnen ontstaan dat het in die tussentijd in de regio rustig is geweest. Maar de spanningen in Pará zijn al die tijd om te snijden gebleven. Met name rond het justitieel onderzoek naar de daders (vaak huurmoordenaars, pistoleiros) van de moordaanslagen en hun opdrachtgevers.
Deze week werd Pedro Alcântara de Souza het volgende slachtoffer in de reeks. Deze boerenleider werd in het stadje Redenção op klaarlichte dag met vijf kogels door het hoofd om het leven gebracht. De politie zoekt de verdachten in de bekende hoek van ontevreden grootgrondbezitters. Het zou me niets verbazen als ik morgen een nieuwe bliksemactie van ons Amnesty-hoofdkantoor in Londen binnenkrijg en oude tijden, termen en begrippen weer gaan herleven. De rust is in Pará en huize-Duys nog lange niet teruggekeerd.

vrijdag 2 april 2010

Nederlands duo fleurt favela in Rio de Janeiro op

Twee Nederlandse kunstenaars (Jeroen Koolhaas en Dré Urhahn) hebben zich na activiteiten in de favela Vila Cruzeiro aan een nieuw project in Rio de Janeiro gewaagd: het in zestien vrolijke kleuren schilderen van 34 huizen in Morro Santa Marta, in Botafogo. Leidende gedachte achter het project is het vergroten van het zelfbewustzijn van de bewoners van deze favela. Er werken dan ook een dertigtal bewoners van de wijk aan het project mee.

woensdag 24 maart 2010

De zaak-Isabella Nardoni

Op 29 maart 2008 werd aan de voet van een flatgebouw in São Paulo het lichaam van de 5-jarige Isabella Oliveira Nardoni gevonden. Reddingspogingen blijken te vergeefs. Het meisje sterft in de armen van de hulpverleners. Isabella woonde bij haar moeder en mocht eens in de twee weken haar vader bezoeken.
De vader, Alexandre Nardoni verklaarde dat Isabella door een onbekende uit het raam werd gegooid, op het moment dat hij zijn andere kinderen uit de auto haalde en naar boven bracht. Specialisten van de forensische dienst vinden echter uit dat het meisje reeds verwondingen had opgelopen die niets met de val van doen hebben gehad. Hierdoor werden de vader en zijn vriendin aangemerkt als verantwoordelijken voor de dood. Zij werden vervolgens in hechtenis genomen. In mei van dat jaar werden zij door de openbare aanklager, op basis van de onderzoeksbevindingen en een zestigtal getuigenverklaringen in staat van beschuldiging gesteld. In oktober 2008 worden de vader en de stiefmoeder door de rechter wegens moord gesommeerd voor een juryrechtbank te verschijnen. Zij zitten tot op de dag van vandaag in voorarrest.
Nu, we schrijven maart 2010, vinden de rechtszaken voor een jury plaats en Brazilië leeft mee. Het is voorpaginanieuws. Zijn Alexandre Nardoni en Anna Carolina Trotta Peixoto Jatobá schuldig aan moord of is er daadwerkelijk een insluiper aan het werk geweest? In een land waar telenovelas bijkans uitgevonden zijn een zaak van nationaal belang.

dinsdag 23 maart 2010

De vice-presidentenstrijd

De verkiezingen van oktober komen met rasse schreden naderbij. Een voor een stellen de politici zich kandidaat voor een van de vrij te komen posten. Dilma Rousseff heeft zich inmiddels officieel voor het politieke blok rond de Partido dos Trabalhadores kandidaat gesteld voor het presidentschap en hoopt van de immense populariteit van de vertrekkende president Luiz Inácio Lula da Silva te kunnen profiteren.
Alhoewel hij pas in april officieel als kandidaat voor de PSDB zou worden benoemd heeft nu ook José Serra, mede na uitlatingen van de nog immer invloedrijke ex-president Fernando Henrique Cardoso, zich (zij het inofficieel) kandidaat moeten stellen. De kiezer heeft behoefte aan duidelijkheid en iedereen weet al maanden dat het een tweestrijd Rousseff x Serra zal gaan worden. De twee andere kandidaten (Ciro Gomes van de PSB en Marina Silva van de groene PV) maken geen enkele kans. Zij zullen ervoor zorgen dat er een tweede stemronde in november plaats gaan zal vinden. Waarbij Rousseff hoogstwaarschijnlijk kan profiteren van deze 'progressieve' stemmen en haar over Serra kunnen wippen. (De meest recente peiling wees uit dat Rousseff Serra reeds op 5% stemmenverschil genaderd is.)
Maar ook in de coalities rond de twee belangrijkste kandidaten is het een en al electorale en politieke actie. In het kamp Serra is men er lang vanuit gegaan dat Aécio Neves, de populaire gouverneur van de deelstaat Minas Gerais, de vice-president zou worden. Dit zou hebben betekend dat de PSDB met twee kopstukken zelf de presidentiële kar zou gaan trekken. Maar Neves wil niet. Hij gaat voor een senaatszetel voor zijn deelstaat Minas Gerais, waardoor een eventuele ministerspost in een kabinet-Serra tot de mogelijkheden behoort.
De eeuwige bondgenoot van de PSDB is de rechtse Democraten (DEM), voorheen de PFL. Daar is door het terugtreden van Neves als kandidaat een interne discussie uitgebroken over wat er nu te doen staat. De partij beweegt zich in drie richtingen: er gaan stemmen op voor een eigen kandidaat voor het vice-presidentschap, terwijl anderen zich tevreden stellen met een geschikte kandidaat uit een van de andere partijen rond José Serra, zoals bv. de PPS. Er is echter inmiddels onrust ontstaan nu er steeds meer stemmen binnen de DEM lijken op te gaan voor een eigen presidentskandidaat, waarbij steevast de naam van Kátia Abreu valt. Zij is senator voor de deelstaat Tocantins en heeft zich in de senaat opgeworpen als de belangrijkste representant van de machtige agrarische lobby in het Congres, de Bancada Rural.
De PMDB is er nog steeds niet uit wie zij naast Dilma Rousseff voor het vice-presidentschap wil laten gaan. De huidige voorzitter van het Huis van Afgevaardigden Michel Temer (São Paulo) wil graag, maar ligt bij de PT niet lekker. Een andere naam die in dit kader onder andere rondgaat is die van de huidige president van de centrale bank, Henrique Meirelles (Goiás). Hij lijkt de voorkeur van de PT te genieten wegens zijn kalmerende invloed op de financiële en zakenwereld.
De presidentskandidaten zijn bekend, maar voor Brazilië-volgers valt er nog genoeg te smullen als het over de andere belangrijke vacatures gaat.

maandag 22 maart 2010

Raposa Serra do Sol revisited

Zoals Carice van Houten het in de film 'Zwartboek' al uitschreeuwde: "Houdt het nou nooit eens op!!!", zo was mijn reactie toen ik op Folha Online het bericht las dat de deelstaatregering van Roraima ongeautoriseerd het inheemse gebied Raposa Serra do Sol is binnengedrongen.
In 2009 kwam er een einde aan de jarenlange strijd van de inheemse bevolkingsgroepen in deze deelstaat in het verre noorden van Brazilië. Na een uitspraak van het federale hooggerechtshof werden alle niet-inheemse bewoners (voornamelijk rijstboeren) gesommeerd het gedemarceerde inheemse gebied te verlaten. Tevens werd bepaald dat iedereen bij FUNAI (het federale overheidsorgaan dat zich bezighoudt met de inheemse kwestie) autorisatie dient aan te vragen om het gedemarceerde gebied binnen te mogen gaan.
Maar José de Anchieta Júnior (PSDB), de zittende gouverneur van de deelstaat, heeft het besluit van 2009 nooit kunnen verkroppen en heeft van de gelegenheid gebruik gemaakt om in Raposa Serra do Sol kleine waterkrachtcentrales te ontwikkelen. (In de week dat de federale regering het groene licht zag voor de constructie van Belo Monte, een enorme, uiterst omstreden waterkrachtcentrale in de deelstaat Pará.) De deelstaat Roraima is voor haar electriciteitsvoorzienig afhankelijk van buurland Venezuela en in dat land zelf heerst op dit moment een schreeuwend tekort aan energie. De Macuxi-indianen erkennen dit ook wel, maar verzetten zich fel tegen de te bouwen stuwdammen die uiterst nadelig voor mens en milieu zouden kunnen uitpakken. Zij zien dan ook veel meer in de installatie van windmolens.
Anchieta Júnior ruikt zijn kans om de Macuxi c.s. voor een voldongen feit te zetten en gaf onderzoekers de opdracht de mogelijkheden van hydroelectriciteit in het gebied in kaart te brengen. Maar zonder toestemming van FUNAI mag ook de overheid niet zomaar naar binnen.
Een nieuwe ronde van juridisch getouwtrek en onzekerheid staat voor de deur. En als de inheemse bevolking een ding zeker weet is dat juridische onduidelijkheid maar al te snel kan leiden tot gewelddadige confrontaties.

vrijdag 15 januari 2010

Probleem: vrijzinnig-democraat in Brazilië

Niets is zo lastig dan in Brazilië op zoek te gaan naar een equivalent van D66. Mocht ik op dit moment in Brazilië kiesgerechtigd zijn ik zou het mijn god niet weten. Naar het zich laat aanzien bestaat er geen aparte politieke partij voor vrijzinnig-democraten, evenmin voor sociaal-liberalen. Althans, ik heb 'm nog niet kunnen vinden.
Een van de problemen is het gegeven dat er binnen het Braziliaanse bestel geen echte politieke partijen zijn in de betekenis zoals wij die in West-Europa kennen. De PT/Partido dos Trabalhadores en kleinere linkse partijen als P-SOL en de PCdoB/Partido Comunista do Brasil vormen hier een uitzondering op. Zij kennen een gedegen partijstructuur en een samenbindende ideologie. De andere politieke partijen zijn meer vehikels voor individuele politici uit voornamelijk de (centrum-)rechtse hoek, die door samengaan in een partij de grootst mogelijke electorale (en meestal financiële) winst kunnen behalen. Het overstappen van de ene naar de andere partij was tot voor kort schering en inslag, maar wordt door recente wetgeving, teneinde een gedegen partijpolitiek democratisch systeem op te kunnen bouwen, ernstig bemoeilijkt.
Mijn grote raadsel in dit opzicht is de groene partij van het land, de PV (Partido Verde). Deze partij lijkt bij benadering D66 het meest te benaderen: democratisch, groen en liberaal in sociaal-economisch opzicht. De vergelijking met GroenLinks ligt voor de hand, maar ook daar gaat het mank.
De PV is uitgesproken tegen abortus en heeft zich in het debat rond de annulering van de amnestie-wet, bij monde van partijkopstuk Alfredo Sirkis, conservatief uitgesproken. Kenmerkend voor de huidige positie van de PV is de positie van Fernando Gabeira. Deze man is voor de groenen lid in het federale Huis van Afgevaardigden in Brasília, maar heeft zich voor de deelstaatverkiezingen in Rio de Janeiro dit jaar kandidaat gesteld voor het gouverneurschap, met steun van de (centrum-)rechtse PSDB, DEM en PPS (Partido Popular Socialista, een erg rechtse club). Om het allemaal nog ingewikkelder te maken: Gabeira steunt in de eerste ronde van de presidentsverkiezingen Marina Silva (voormalig lid van de PT en ex-milieuminister in de regering-Lula), die zich op dit moment als PV-kopvrouw verbonden weet met de P-SOL (zeg maar de Nederlandse SP), maar die zich in de tweede ronde electoraal heeft verbonden aan de centrum-rechtse combinatie PSDB-DEM-PPS, die het presidentschap van José Serra ondersteunt.
Kortom: ik zou als Braziliaan op dit moment niet echt duidelijk kunnen kiezen. Waarschijnlijk niet sociaal-liberaal à la D66, maar dan toch maar sociaaldemocratisch.

donderdag 14 januari 2010

Lula's grote sprong voorwaarts


Op 21 december van het vorig jaar ondertekende president Lula het decreet dat voorziet in een vernieuwd Nationaal Mensenrechtenprogramma (Programa Nacional de Direitos Humanos) en had daarmee direct in een keer de strijdkrachten, de kerk, de pers en de agrobusiness in de gordijnen gejaagd. Het programma, waarin Amnesty International bijna al haar voorstellen en suggesties voor verbetering van de mensenrechtensituatie in Brazilië een-op-een ziet terugkeren, blinkt dan ook uit in progressiviteit.
Ga maar na: annulering van de amnestiewet, die militairen en politiemensen die zich tijdens de militaire dictatuur schuldig hebben gemaakt aan marteling en "verdwijningen" aan vervolging blootstelt; de oprichting van een Waarheidscommissie, teneinde de Brazilianen met hun bloedige verleden in het reine te laten komen; grootschalige landhervorming, waarbij de machtige agrobusiness land moet inleveren voor de kleine (landloze) boeren; introductie van het homohuwelijk en de decriminalisering van abortus, enorme vloeken in de RK-kerk; en last but not least nieuwe mediawetgeving teneinde de (politieke) macht van de grote mediamagnaten te kunnen breken.
Ten aanzien van de pers, de kerk en de agrolobby zal door de regering-Lula naar het zich laat aanzien geen enkele consessie worden gedaan, maar het conflict met de strijdkrachten liep daarentegen heel hoog op. Het leidde tot crisis in het kabinet, waarbij minister van defensie Nelson Jobim (gesteund door de drie hoogste militairen) regelrecht tegenover Paulo Vanucchi, minister voor de rechten van de mens en coördinator van het programma, kwam te staan. Wat de strijdkrachten vooral stak was het feit dat "mensenrechtenschendingen" in een adem werden genoemd met de politieke repressie van de jaren '63-'85 van de vorige eeuw en het verbod op het vernoemen van openbare ruimte en gebouwen naar legerofficieren uit die jaren. De strijdkrachten voelden zich ten diepste vernederd. De eerste reactie van het leger was de blokkade van een afspraak tussen Lula en zijn Franse collega Nicolas Sarkozy over de aanschaf van nieuwe Franse jachtvliegtuigen. Door haar voorkeur uit te spreken voor de Zweedse Saab Grippen zette de legertop president Lula voor een lastig probleem.
President Lula moest dus wel ingrijpen. Onder het mom van een drukke agenda in december en daardoor de onmogelijkheid voor de president om naar de details van het mensenrechtenprogramma te kijken wist zijn staf hem in een dusdanige positie te manoevreren dat hij wederom, als zo vaak als reddende engel kon worden binnengehaald. Lula bereikte een compromis tussen Jobim en Vanucchi, waarbij de gewraakte regel waarin mensenrechtenschendingen en politieke repressie aan elkaar waren gekoppeld uit elkaar werd gehaald. Dit liet namelijk de ruimte voor Vanucchi om militairen die misstanden hebben begaan alsnog te laten vervolgen en voor Jobim/strijdkrachten om ook het "geweld van links" aan de grondig onderzoek te kunnen onderwerpen.
Op de valreep van zijn laatste regeerperiode lijkt Lula met zijn ambitieuze mensenrechtenprogramma zijn linkse critici en maatschappelijke bondgenoten als de vakbond CUT en de landlozenbeweging MST, die aanvankelijk teleurgesteld leken door de eerste neoliberale regeringsdaden van de president, op haar wenken te bedienen en op mensenrechtengebied (althans op papier) een flinke erfenis na te laten.

vrijdag 8 januari 2010

Brazilië - Begroting 2010

Ook in de Braziliaanse maatschappij draait het gehele politieke leven in feite om de federale begroting (Orçamento Geral da União). Politiek in Brazilië is niet te begrijpen als men geen begrip heeft van dit uiterst ingewikkelde proces. In een systeem dat draait op het concept van 'pork-and-barrel', waarbij afgevaardigden gekozen worden op voorwaarde dat zij de betreffende kiesdistrict optimaal uit de staatsruif laten meegenieten, is het opstellen van de begroting het moment bij uitstek om als politicus voor je kiezers te kunnen scoren en er daarnaast zelf electoraal (en financieel) beter van te worden.
Gisteren werd er weer een rituele stap in dit proces gezet. De voorzitter van het Huis van Afgevaardigden zond de concept-begroting naar de president terug, vergezeld met duizenden amendementen. President Lula heeft vervolgens vijftien dagen de tijd om tot een definitieve begroting voor 2010 te komen, wetende dat daarmee politieke allianties kunnen worden geconsolideerd en nieuwe worden gesmeed. Dat is vooral dit jaar van groot belang, omdat in oktober de verkiezingen voor het presidentschap, het Huis van Afgevaardigden, de senaat en de deelstaatgouverneurs zullen plaatsvinden.
Voor Brazilië-watchers een fascinerend proces, omdat aan de hand van de begroting zowel terug kan worden gekeken naar de politiek van gisteren als een blik kan worden geworpen op de politieke manoevreerruimte van de regering in het jaar dat komt.
Al op de dag van terugzending vlogen de regeringspartij PT (Partido dos Trabalhadores) en de oppositionele DEM elkaar dan ook (traditioneel) fiks in de haren. De laatste verzocht de kamervoorzitter de begroting aan te houden, omdat de zittende regering electoraal gewin zou nastreven door extra uitgaven voor het WK voetbal van 2014 als afleiding te gebruiken voor budgettaire onregelmatigheden. Terwijl de PT haar opponent er juist van beschuldigt dat deze R$1,8 miljard voor het wereldkampioenschap voetbal zou tegenhouden.
Het is verkiezingtijd en dan besef je je weer eens hoe bedaard dat tot voor kort in Nederland werd beleefd.

vrijdag 1 januari 2010

Raar Hollands fenomeen

Nederland haalt bijna nooit de Braziliaanse pers, maar vandaag wist dagblad Folha de São Paulo op zijn site te melden dat er in de oudejaarsnacht 400 personen wegens geweld en vandalisme door de politie zijn opgepakt. Een slechte beurt voor het Hollands imago in den vreemde. Weg het idyllische beeld dat veel Brazilianen koesteren van ons land.
Wat is dat toch met die rellen op feestdagen in Nederland? Een rondgang in de buitenlandse pers leert dat dit soort wangedrag tijdens oud-en-nieuw een exclusief Hollands fenomeen is. Slechts in Antwerpen kwam het elders tot grootschalige arrestaties wegens vechtpartijen.
In Duitse, Deense, Zweedse noch Franse steden komt dit gedrag op zo'n grote schaal voor. De media aldaar melden slechts gewonden door vuurwerk.
Het zal de combinatie van overmachtig alcohol- en drugsgebruik met de, ook in vergelijking met de ons omringende landen, enorme hoeveelheid vuurwerk zijn die mannen tot dit soort wangedrag verleidt.