zaterdag 22 februari 2014
zondag 16 februari 2014
Gilmar Mendes
De jurist Gilmar Mendes uit de deelstaat Mato Grosso werd in 2002 door de toenmalige president Fernando Henrique Cardoso voorgedragen als nieuw lid van het hoogste Braziliaanse rechtsorgaan, het federale hooggerechtshof (Supremo Tribunal Federal/STF). Hij zou zich gaandeweg de jaren ontpoppen als een omstreden hogerechter en dan met name in linkse politieke kringen. Reeds zijn definitieve benoeming door de senaat had al voeten in aarde gehad en voor nodige polemiek in de Braziliaanse samenleving gezorgd. Mendes zou nooit advocaat zijn geweest, een voorwaarde om tot het STF te worden toegelaten. Het leidde tot een fel debat waarna Mendes, vooral dankzij de steun van invloedrijke juridische vakbroeders en de AMB, de Braziliaanse Vereniging van Rechters, aan het langste eind zou trekken.
In mei 2002 werd hij in de STF benoemd als laatste waakhond van de neoliberale en conservatieve regeringscoalitie van president Cardoso. Een nieuwe era was aanstaande, want iedereen ging er vanuit dat de leider van de socialistische Arbeiderspartij PT (Partido dos Trabalhadores) en reeds tweemaal eerder presidentskandidaat Luiz Inácio Lula da Silva dat jaar de verkiezingen van Cardoso's protegé José Serra zou gaan winnen. Of Mendes daadwerkelijk een bewuste keuze van FHC (zoals oud-president Fernando Henrique Cardoso populair wordt aangehaald) is geweest om over zijn 'presidentiële graf' heen te kunnen regeren zal toekomstig historisch onderzoek moeten gaan uitwijzen, maar het gedrag van Gilmar Mendes in de STF in de jaren die na 2002 zouden volgen lijkt daar vooralsnog toch wel op te duiden.
Mendes heeft de afgelopen twaalf jaar voortdurend met links-Brazilië in de clinch gelegen. Was het niet door zijn stemgedrag, dan wel door vermeende politieke uitspraken over met name leden van Lula's en later Dilma's PT. Menigmaal heeft hij met bepaalde juridische uitspraken de schijn tegen zich gekregen personen uit de kring rond FHC de hand boven het hoofd te hebben gehouden, zoals twee van zijn intimi en zeer vooraanstaande ministers uit diens kabinet José Serra en Pedro Malan, die beiden wegens administratief wanbestuur waren aangeklaagd maar wiens zaken mede door toedoen van Mendes geseponeerd werden. Daarnaast baarde hij verontwaardiging met de rol die hij zou hebben gespeeld in de uiteindelijke toewijzing van een habeas corpus aan de ondernemer Daniel Dantas die in 2008 tot over zijn nek in de corruptie-aantijgingen zat. Tot tweemaal toe had Mendes een uitspraak van een lagere rechter in São Paulo tot de preventieve hechtenis van Dantas overruled. Dit tot zeer grote onvrede binnen de wereld van de rechters op deelstaatniveau. In 2008 diende de CUT, de nauw aan de PT-gelieerde en grootste vakbond van het land, bij de senaat een verzoek tot impeachment in wegens vermeend voor een hoge rechter onwaardig gedrag. Mendes overleefde het, wederom door de steun van de vooraanstaande juridische vakbroeders uit de Braziliaanse juridische wereld. Daarnaast werd zijn naam de afgelopen jaren veelvuldig in direct verband gebracht met een topcrimineel als Carlos Cachoeira en diens politieke vriend, de toenmalige senator van de deelstaat Goiás Demóstenes Torres.
En nu, anno 2014, heeft Gilmar Mendes wederom de gramschap van de PT over zich afgeroepen door te suggereren dat de socialisten en haar achterban zich door het collectief betalen van de hoge boetes van kopstukken uit de PT, opgelegd naar aanleiding van de Mensalão-zaak, openlijk aan het witwassen van geld schuldig zouden maken. Opnieuw klinkt in linkse kringen de roep om zijn impeachment door de senaat. Daarnaast diende partijvoorzitter van de PT Rui Facão deze week een officiële klacht in bij het STF wegens smaad en lastering. Deze werd uiteindelijk door hoge rechter Luiz Fux verworpen, omdat niet de PT als partij maar uitsluitend sympathisanten van die partij het geld voor de boetes hadden ingezameld. Juridisch gezien is daar geen speld tussen te krijgen, maar het toont de historische afgunst aan die links-Brazilië tegen Gilmar Mendes koestert.
Mendes is op dit moment 58 jaar oud en kan formeel nog twaalf jaar in functie blijven. Leden van het STF worden namelijk voor het leven benoemd en moeten pas op hun zeventigste definitief met pensioen. Of hij dat gaat volmaken valt nog te bezien. Zijn naam wordt de laatste tijd veelvuldig in verband gebracht als mogelijk toekomstig gouverneur van zijn eigen deelstaat Mato Grosso. Tot die tijd zal hij met zijn politiek gewaagde uitspraken nog voor de nodige beroering in het land zorgen en als een trouw erfstuk van het presidentschap van FHC de socialisten nog menigmaal het vuur danig aan de schenen leggen.
In mei 2002 werd hij in de STF benoemd als laatste waakhond van de neoliberale en conservatieve regeringscoalitie van president Cardoso. Een nieuwe era was aanstaande, want iedereen ging er vanuit dat de leider van de socialistische Arbeiderspartij PT (Partido dos Trabalhadores) en reeds tweemaal eerder presidentskandidaat Luiz Inácio Lula da Silva dat jaar de verkiezingen van Cardoso's protegé José Serra zou gaan winnen. Of Mendes daadwerkelijk een bewuste keuze van FHC (zoals oud-president Fernando Henrique Cardoso populair wordt aangehaald) is geweest om over zijn 'presidentiële graf' heen te kunnen regeren zal toekomstig historisch onderzoek moeten gaan uitwijzen, maar het gedrag van Gilmar Mendes in de STF in de jaren die na 2002 zouden volgen lijkt daar vooralsnog toch wel op te duiden.
Mendes heeft de afgelopen twaalf jaar voortdurend met links-Brazilië in de clinch gelegen. Was het niet door zijn stemgedrag, dan wel door vermeende politieke uitspraken over met name leden van Lula's en later Dilma's PT. Menigmaal heeft hij met bepaalde juridische uitspraken de schijn tegen zich gekregen personen uit de kring rond FHC de hand boven het hoofd te hebben gehouden, zoals twee van zijn intimi en zeer vooraanstaande ministers uit diens kabinet José Serra en Pedro Malan, die beiden wegens administratief wanbestuur waren aangeklaagd maar wiens zaken mede door toedoen van Mendes geseponeerd werden. Daarnaast baarde hij verontwaardiging met de rol die hij zou hebben gespeeld in de uiteindelijke toewijzing van een habeas corpus aan de ondernemer Daniel Dantas die in 2008 tot over zijn nek in de corruptie-aantijgingen zat. Tot tweemaal toe had Mendes een uitspraak van een lagere rechter in São Paulo tot de preventieve hechtenis van Dantas overruled. Dit tot zeer grote onvrede binnen de wereld van de rechters op deelstaatniveau. In 2008 diende de CUT, de nauw aan de PT-gelieerde en grootste vakbond van het land, bij de senaat een verzoek tot impeachment in wegens vermeend voor een hoge rechter onwaardig gedrag. Mendes overleefde het, wederom door de steun van de vooraanstaande juridische vakbroeders uit de Braziliaanse juridische wereld. Daarnaast werd zijn naam de afgelopen jaren veelvuldig in direct verband gebracht met een topcrimineel als Carlos Cachoeira en diens politieke vriend, de toenmalige senator van de deelstaat Goiás Demóstenes Torres.
En nu, anno 2014, heeft Gilmar Mendes wederom de gramschap van de PT over zich afgeroepen door te suggereren dat de socialisten en haar achterban zich door het collectief betalen van de hoge boetes van kopstukken uit de PT, opgelegd naar aanleiding van de Mensalão-zaak, openlijk aan het witwassen van geld schuldig zouden maken. Opnieuw klinkt in linkse kringen de roep om zijn impeachment door de senaat. Daarnaast diende partijvoorzitter van de PT Rui Facão deze week een officiële klacht in bij het STF wegens smaad en lastering. Deze werd uiteindelijk door hoge rechter Luiz Fux verworpen, omdat niet de PT als partij maar uitsluitend sympathisanten van die partij het geld voor de boetes hadden ingezameld. Juridisch gezien is daar geen speld tussen te krijgen, maar het toont de historische afgunst aan die links-Brazilië tegen Gilmar Mendes koestert.
Mendes is op dit moment 58 jaar oud en kan formeel nog twaalf jaar in functie blijven. Leden van het STF worden namelijk voor het leven benoemd en moeten pas op hun zeventigste definitief met pensioen. Of hij dat gaat volmaken valt nog te bezien. Zijn naam wordt de laatste tijd veelvuldig in verband gebracht als mogelijk toekomstig gouverneur van zijn eigen deelstaat Mato Grosso. Tot die tijd zal hij met zijn politiek gewaagde uitspraken nog voor de nodige beroering in het land zorgen en als een trouw erfstuk van het presidentschap van FHC de socialisten nog menigmaal het vuur danig aan de schenen leggen.
donderdag 13 februari 2014
PT neemt stelling tegen antiterrorisme-initiatief eigen senator
Vandaag heeft de socialistische Arbeiderspartij (Partido dos Trabalhadores/PT) bij monde van haar nationale voorzitter Rui Falcão haar federale parlementariërs opgeroepen behoedzaam te handelen in de geest van de federale Grondwet en ervoor te hoeden dat "een wet ter bescherming van de samenleving zich niet tegen diezelfde samenleving gaat keren." In zoveel woorden neemt de PT-leiding daarmee stelling tegen aanvaarding van de anti-terrorismewetgeving dat nu op initiatief van PT-senator Jorge Viana (PT-AC), naar aanleiding van de fatale dood van een cameraman door toedoen van een demonstrant afgelopen weekeinde in Rio de Janeiro, versneld door het Braziliaanse Congres wordt geloodst. (Zie blog gisteren)
Hieronder Falcão's brief aan zijn achterban:
O Partido dos Trabalhadores acompanha com atenção os debates no Congresso Nacional sobre a adoção de uma legislação antiterror, especificamente no cenário das manifestações que têm ocorrido no País.
Entretanto, o PT não pode aceitar qualquer texto legal que não tipifique - com clareza, objetividade e precisão - crimes eventualmente ocorridos no contexto dessas manifestações. Uma lei vaga nessa caracterização penal atenta contra os direitos e garantias fundamentais previstos na Constituição e poderia servir à criminalização de movimentos sociais, o que seria um inaceitável retrocesso democrático.
Em que pese nenhum parlamentar seu estar ligado à autoria de projetos dessa natureza, o PT acha que o Brasil precisa aperfeiçoar seus textos legais com vista a ter dispositivos cíveis e penais que coíbam atos contra o patrimônio público, o patrimônio privado e, principalmente, a integridade das pessoas, provocados por aqueles que se aproveitam de legítimas manifestações populares para cometer ações de violência.
Com a proximidade da Copa, a sociedade brasileira exige segurança para exercer seus direitos de liberdade de expressão, de pensamento e de reunião. O Poder Público necessita de um marco legal atualizado para lidar com novas situações que ocorram nesses eventos.
Por isso, o PT tem orientado seus parlamentares a terem o máximo cuidado com projetos dessa natureza para que uma lei em defesa da sociedade não se transforme em lei contra a sociedade.
Rui Falcão
Presidente nacional do PT
woensdag 12 februari 2014
Open brief Pedro Abramovay aan senator Jorge Viana
Gisteren was een belangrijke dag voor de democratie en de mensenrechten in Brazilië. Op voorstel van PT-senator Jorge Viana uit de deelstaat Acre wordt er deze week in het Congres met spoed een wetsvoorstel besproken dat voorziet in het mogelijk maken van een preventieve aanpak van terrorisme. Met andere woorden, het voortijdig arresteren van personen waarvan verwacht wordt dat zij zich met een terroristische aanslag in zouden kunnen gaan laten. Bij aanname van het voorstel in de senaat zal het wetsvoorstel naar het Huis van Afgevaardigden worden gestuurd, waarna presidente Dilma Rousseff er haar goedkeuring aan zal moeten geven. Vooralsnog lijkt het er helaas op dat het voorstel op de steun van de meerderheid van de parlementariërs kan rekenen.
Dit alles naar aanleiding van recente gebeurtenissen in Rio de Janeiro. Afgelopen weekeinde raakte een cameraman tijdens een demonstratie zwaar gewond toen een explosief bij zijn hoofd tot ontploffing kwam. Santiago Andrade overleed enkele dagen later in een ziekenhuis.
Al snel bleek dat het vuurwerk, 'rojão' zoals het in de Braziliaanse pers wordt omschreven, afkomstig was van een aanhanger van de Black Bloc, een groep anarchistische actievoerders die zich tijdens de meestal vreedzame protestdemonstraties als zeer vandalistisch ontpoppen en daarmee alle aandacht van politie en media op zich gericht weten. Het gegeven dat de dader lid van juist deze groepering zou zijn was dan ook koren op de molen van voorstanders in de Braziliaanse samenleving voor een keiharde aanpak van deze groepering in het bijzonder en in het verlengde daarvan van kritische demonstranten in het algemeen. Want waar ligt de grens? Het wetsvoorstel komt er in het kort op neer dat iedereen die aan een gewelddadig
protest deelneemt of zich daarbij in de buurt bevindt preventief
opgepakt mag worden en gevangenisstraffen tussen de 12 en 30 jaar boven het
hoofd hangt.
De oppositionele rechts-liberale PSDB, bij monde van senator Álvaro Dias, heeft zich al publiekelijk achter deze harde aanpak van vandalen door middel van terrorismewetgeving geschaard en nu komt dus ook de socialistische PT met een hard en in mijn ogen buitenproportioneel antwoord op de inderdaad zeer tragische dood van de cameraman. Een wetsvoorstel dat voorziet in een verruiming van het begrip 'terrorisme' en een extreem hoog strafregime voor diegene die op basis daarvan preventief zullen worden aangehouden. Eén blik op de mensonterende omstandigheden op het Amerikaanse gevangeniskamp Guantánamo Bay en we zien waar een dergelijk gedachtegoed in het meest extreme geval toe kan leiden.
Aanname van de wet zal dan ook onvermijdelijk leiden tot een ondermijning van de basisprincipes van de (Braziliaanse) democratische rechtsstaat en het wekt dan ook enorme beroering in het land dat uitgerekend de PT, een partij die wordt gezien als een van de drijvende krachten achter de historische opbouw van die rechtsstaat, met dit wetsvoorstel op de proppen komt. Iedereen die er in Brazilië op het gebied van openbare veiligheid en mensenrechten toe doet is in de pen geklommen om de regeringspartijen in het Congres toch vooral op andere gedachten te brengen. De linkse journalist Breno Altman schreef een artikel voor de internetkrant Brasil 247, terwijl de meest gerenommeerde criminoloog van Brazilië Luiz Eduardo Soares een scherpe aanval op het plan op zijn eigen internetpagina publiceerde. Maar de meest vlammende en overtuigende reactie verscheen gisteren van de hand van Pedro Abramovay, een andere bekende criminoloog en strafrechtdeskundige in Brazilië die onder de regering-Lula op het gebied van openbare veiligheid lange tijd lid van het kabinet was, waarvan de tekst hieronder in het Portugese orgineel staat afgedrukt.
Foto: José Cruz/Agência Brasil
Abramovay (foto) zegt in zijn open brief een bewonderaar van de politicus Jorge Viana te zijn en diens vooraanstaande historische rol in de opbouw van een democratische dialoog in Brazilië ten zeerste te prijzen. Het moet de auteur daarom van het hart dat uitgerekend diezelfde Viana met deze anti-terrorismewetgeving op de proppen komt. Abramovay wijst op zijn eigen verleden als lid van het kabinet-Lula, hoe hij in zijn hoedanigheid als staatssecretaris zich heeft verdiept in terrorismebestrijding en uiteindelijk na kennis te hebben genomen van de wetenschappelijke bevindingen van deskundigen op dat gebied tot de slotsom was gekomen dat een dergelijke wetgeving gericht op het preventief bestrijden van terroristische aanslagen weinig zoden aan de dijk zet en dat het de deur opent naar misbruik door de autoriteiten in het vervolgen van politiek andersdenkenden. Abramovay beschrijft het gevaar voor de democratische waarden waar wij onze maatschappij op hebben gebouwd. Ik zeg uitdrukkelijk 'wij', want Abramovay wijst in zijn artikel op de mogelijke mondiale gevolgen als uitgerekend Brazilië, dat toch wordt beschouwd als een opkomende democratische grootmacht in het zuidelijk deel van de wereld, tot dergelijk wetgeving over zou gaan. Hij vreest dat veel landen in Latijns-Amerika en Afrika het Braziliaanse 'model' zouden kunnen gaan volgen. Natuurlijk vindt ook Abramovay, net als de andere critici van het wetsvoorstel, dat terroristische aanslagen een ondermijning van de democratie zijn en bestraft moeten worden. Maar een preventieve aanpak zoals die wordt voorzien in de wet van Viana is desastreus voor de democratische waarden van de rechtsstaat.
Terrorismo com a democracia: uma carta ao senador Jorge Viana
Publicado: 11/02/2014 18:30
Prezado Senador Jorge Vianna,
Escrevo-lhe em primeiro lugar porque sou um grande admirador seu. Sua trajetória seja como prefeito, governador ou senador sempre primou não apenas pela criatividade na construção de políticas públicas inovadoras que possibilitaram a união de inclusão social com respeito ao meio ambiente, mas também pela valorização da democracia do diálogo como uma característica marcante. Não preciso lembrar que sua postura de abertura para o diálogo democrático foi sempre uma marca, tanto quando o senhor era um político de oposição quanto um senador governista.
É justamente inspirado nessa característica, que sempre admirei no senhor, que resolvi escrever essa carta.
O momento é grave. A morte de um jornalista no exercício da profissão é um atentado ao direito à vida, mas também um atentado à liberdade de informação e à liberdade de expressão que não podem ser tolerados. Momentos graves podem gerar, sabemos, pactos pelos quais a sociedade avança. Podem, também, o Brasil já viu isto tantas vezes, produzir decisões exacerbadas que deixam marcas profundas na convivência democrática.
O caso que me preocupa é o projeto de lei que cria uma tipificação do terrorismo.
Como o senhor sabe, participei dos oito de anos do governo Lula e estive diretamente envolvido na elaboração de uma série de legislações que, na minha opinião, ajudaram a consolidar instituições mais democráticas e eficientes no Brasil (Estatuto do Desarmamento, nova lei de lavagem de dinheiro, lei de acesso à informação, lei anti-corrupção, reformas do código de processo penal, entre outras). Uma das discussões com as quais me envolvi bastante foi a da possibilidade de se criar um tipo penal para o terrorismo.
Após anos de discussão, de muito debate, de muito diálogo com experiências internacionais, estou completamente convencido de que esta legislação não trará nenhum benefício concreto para a população brasileira e pode gerar enormes prejuízos para a nossa democracia.
É necessário, em primeiro lugar, separar a ideia de condenação total do terrorismo da necessidade de se criar um tipo penal específico para ele. O terrorismo é a maior violência que se pode cometer contra a democracia. É a aposta na violência e no medo como forma de substituição do diálogo democrático. Por isso ele deve ser condenado e punido.
Mas o terrorismo não é punido no Brasil? Há algum ato terrorista que já não seja crime? Todo homicídio deve ser punido nos termos do código penal. Em caso de motivo torpe ou do uso de fogo, por exemplo, o homicídio é qualificado com pena de 12 a 30 anos de prisão.
Assim, me parece difícil imaginar que a ameaça gerada por um novo crime possa evitar atos terroristas. A aprovação de um tipo penal de terrorismo no brasil não trará mais segurança. Ninguém deixará de cometer um ato terrorista em função da nova legislação.
Mas há riscos.
O mundo viveu uma onda de legislação anti-terrorista após os atentados de 11 de setembro. Penas altíssimas. Países que não tinham nenhum problema com terrorismo passaram a aprovar legislações duras, flexibilizando direitos, criando noções bastante amplas do que vem a ser terrorismo.
O resultado foi trágico. De Guantánamo aos centros de tortura espalhados pelo mundo. De grampos generalizados a perseguições a adversários políticos. A justificativa da luta contra o terrorismo deixou o mundo hoje um lugar menos livre. Os valores democráticos estão mais frágeis. E o mundo não está necessariamente mais seguro.
Definições de terrorismo tão abertas com penas tão altas como a que vemos no projeto prestes a ser votado no Senado não combatem o terrorismo de forma mais eficiente. Mas são muito úteis para perseguir adversários políticos.
O Brasil resistiu à onda de flexibilização de direitos imposta por uma agenda externa -- e política -- de combate ao terrorismo.
O risco que temos agora é o de que o Brasil inaugure uma nova era. A de que, para lidar com um tipo novo de protestos, que aparece de forma parecida no mundo todo, a solução é seguir o caminho trilhado pela guerra ao terror.
Os riscos para a democracia brasileira são gigantes. E gigantes também a possibilidade de países autoritários se espelharem no Brasil para criminalizar seus opositores, utilizando o Brasil como "modelo" a ser seguido.
Se a lei que está sendo debatida no Congresso hoje já estivesse em vigor seguramente não teríamos menos violência. Não teríamos meios mais eficientes para perseguir a violência em manifestações. Qual a vantagem então de perseguir este caminho?
A condenação do terrorismo de forma veemente é uma tarefa primordial da democracia (prevista expressamente na nossa Constituição). Assim como a condenação de toda forma de violência. O desafio é que o autoritarismo, historicamente, até nas mais consolidadas democracias, costuma se aproveitar da indignação causada pela violência para atingir a essência das instituições democráticas.
O desafio de conseguir afirmar os valores democráticos até neste momento não é simples. Mas é nesses momentos que aparecem os estadistas.
Saudações de um admirador,
Pedro Abramovay
dinsdag 11 februari 2014
Alledaags wangedrag politie
De rollen omgedraaid. Kennis van Portugees niet echt nodig om te kunnen
zien hoe het er in Brazilië maar al te vaak aan toe gaat als mensen door
de politie worden aangehouden. (De maker van deze clip zegt serieus te
worden bedreigd door politiemensen, aldus Folha de São Paulo)
dinsdag 4 februari 2014
Bericht van de President - deel 2
Dilma heeft eergisteren haar Bericht van de President voor het Congres laten uitspreken door de vierde secretaris van het Huis van Afgevaardigden, João Vicente Claudino (PTB-Piauí, foto). Er kwamen totaal geen verrassingen uit de hoge hoed. De presidente gaat in oktober dit jaar voor haar herverkiezing en dat was uit de tekst af te lezen.
Ze sprak Dilma zoals verwacht haar hoop uit dat 2014 een jaar van economisch herstel zal zijn en dat zij er alles aan zal doen om de daartoe benodigde stabiliteit te handhaven. Er is haar alles aan gelegen om Brazilië zo door de mondiale economische onzekerheid te loodsen en vroeg het Congres haar dit jaar in dit streven wederom te ondersteunen. Dilma benadrukte haar inzet om de inflatie binnen de perken te houden en beloofde de uitgaven van de overheid onder controle te zullen houden. Zij wees daarbij op het belang van de vorig jaar door haar overeengekomen afspraak met het Congres om de zogenoemde responsabilidade fiscal (fiscale verantwoordelijkheid) van de verschillende overheden scherp aan te zullen houden.
Natuurlijk benadrukte Dilma dat het land ook in 2014 buitengewone kansen biedt aan buitenlandse investeerders zal bieden en wees daarbij uiteraard op een sportevenement als het WK Voetbal en de aanbesteding van de winning van aardolie in het pré-salveld voor de kust van Brazilië. Zij erkende dat er voor het land nog een enorme uitdaging ligt om de noodzakelijke infrastructuur verder aan te pakken. Dilma beloofde daartoe meer geld uit te zullen gaan trekken.
Ook over haar strijd tegen de corruptie, sinds haar aantreden vier jaar geleden toch een van haar paradepaardjes, dezelfde matheid. Dilma zei dat Brazilië in 2013 een goed jaar achter de rug heeft gehad en beloofde voor 2014 meer transparantie van de overheidsuitgaven.
Natuurlijk kon Dilma het afluisterschandaal met de Verenigde Staten, waarbij de geheime dienst NSA naast politici en strategische Braziliaanse ondernemingen de communicatie van het Braziliaanse staatshoofd aftapte, niet on benoemd laten. De presidente verdedigde de maatregelen die haar regering heeft genomen om de vertrouwelijkheid van informatie in Brazilië te waarborgen en dat zij door zal gaan om bij de Verenigde Naties dit thema in internationaal verband vast te laten leggen.
De presidente kwam in haar tekst terug op de massabetogingen die in juni 2013 het straatbeeld van de Braziliaanse steden beheersten. In haar eigen woorden is de regering bezig met plannen om aan de eisen van de demonstranten te kunnen voldoen, onder andere via een voorgenomen verlaging van de belasting op openbaar vervoerskaartjes. Daarnaast wees ze op het feit dat 75% van de royalties uit de aardoliewinning exclusief aan onderwijs zal worden uitgegeven. Ook tijdens haar oproep aan het Congres om tot daadwerkelijk hervormingen van het politieke systeem te komen wees ze op de onvrede van de manifestanten, die met eisen tot een renovatie van het democratische systeem.
Ze telde uiteraard ook de sociale zegeningen van haar regering en wees op de successen die behaald zouden zijn in de strijd tegen extreme armoede in het land (Bolsa Família; Brasil sem Miséria; Minha Casa, Minha Vida en Minha Casa Melhor). Dilma benadrukte het belang van het politiek omstreden programma Mais Médicos, waardoor buitenlandse (lees vooral Cubaanse) artsen aan worden gesteld om in afgelegen gebieden de medische zorg op zich te nemen. En natuurlijk werden de lage werkloosheidscijfers aangehaald. Met op dit moment 4,3% een historische prestatie, die het in een jaar van verkiezingen bij de kiezer natuurlijk erg goed doet.
En natuurlijk de Copa das Copas. "Het evenement dat Brazilië zal versterken. Het is een van de beste gelegenheden waarin we onze cultuur, onze gastvrijheid, onze levensvreugde en onze natuurlijke schoonheden kunnen tonen."
Maar ja, ook dat wisten we natuurlijk al. Brazilië is een prachtig land met prachtige mensen. Die aan het einde van dit jaar naar de stembus zullen gaan om een nieuwe president en een nieuw Congres te kiezen. Alles wijst erop dat Dilma op dit moment haar tweede termijn als president eenvoudig in de eerste ronde zal binnenhalen en op zeker speelt om haar directe concurrenten Aécio Neves en Eduardo Campos geen gelegenheid te geven daar onverwachts een stokje voor te steken. Vandaar de weinig sprankelende tekst van eergisteren. Hameren op stabiliteit, geen spectaculaire dingen beloven, de eigen sociale successen in de verf zetten en vooral nergens de confrontatie aangaan. Dilma als baken in woelige baren.
Ze sprak Dilma zoals verwacht haar hoop uit dat 2014 een jaar van economisch herstel zal zijn en dat zij er alles aan zal doen om de daartoe benodigde stabiliteit te handhaven. Er is haar alles aan gelegen om Brazilië zo door de mondiale economische onzekerheid te loodsen en vroeg het Congres haar dit jaar in dit streven wederom te ondersteunen. Dilma benadrukte haar inzet om de inflatie binnen de perken te houden en beloofde de uitgaven van de overheid onder controle te zullen houden. Zij wees daarbij op het belang van de vorig jaar door haar overeengekomen afspraak met het Congres om de zogenoemde responsabilidade fiscal (fiscale verantwoordelijkheid) van de verschillende overheden scherp aan te zullen houden.
Natuurlijk benadrukte Dilma dat het land ook in 2014 buitengewone kansen biedt aan buitenlandse investeerders zal bieden en wees daarbij uiteraard op een sportevenement als het WK Voetbal en de aanbesteding van de winning van aardolie in het pré-salveld voor de kust van Brazilië. Zij erkende dat er voor het land nog een enorme uitdaging ligt om de noodzakelijke infrastructuur verder aan te pakken. Dilma beloofde daartoe meer geld uit te zullen gaan trekken.
Ook over haar strijd tegen de corruptie, sinds haar aantreden vier jaar geleden toch een van haar paradepaardjes, dezelfde matheid. Dilma zei dat Brazilië in 2013 een goed jaar achter de rug heeft gehad en beloofde voor 2014 meer transparantie van de overheidsuitgaven.
Natuurlijk kon Dilma het afluisterschandaal met de Verenigde Staten, waarbij de geheime dienst NSA naast politici en strategische Braziliaanse ondernemingen de communicatie van het Braziliaanse staatshoofd aftapte, niet on benoemd laten. De presidente verdedigde de maatregelen die haar regering heeft genomen om de vertrouwelijkheid van informatie in Brazilië te waarborgen en dat zij door zal gaan om bij de Verenigde Naties dit thema in internationaal verband vast te laten leggen.
De presidente kwam in haar tekst terug op de massabetogingen die in juni 2013 het straatbeeld van de Braziliaanse steden beheersten. In haar eigen woorden is de regering bezig met plannen om aan de eisen van de demonstranten te kunnen voldoen, onder andere via een voorgenomen verlaging van de belasting op openbaar vervoerskaartjes. Daarnaast wees ze op het feit dat 75% van de royalties uit de aardoliewinning exclusief aan onderwijs zal worden uitgegeven. Ook tijdens haar oproep aan het Congres om tot daadwerkelijk hervormingen van het politieke systeem te komen wees ze op de onvrede van de manifestanten, die met eisen tot een renovatie van het democratische systeem.
Ze telde uiteraard ook de sociale zegeningen van haar regering en wees op de successen die behaald zouden zijn in de strijd tegen extreme armoede in het land (Bolsa Família; Brasil sem Miséria; Minha Casa, Minha Vida en Minha Casa Melhor). Dilma benadrukte het belang van het politiek omstreden programma Mais Médicos, waardoor buitenlandse (lees vooral Cubaanse) artsen aan worden gesteld om in afgelegen gebieden de medische zorg op zich te nemen. En natuurlijk werden de lage werkloosheidscijfers aangehaald. Met op dit moment 4,3% een historische prestatie, die het in een jaar van verkiezingen bij de kiezer natuurlijk erg goed doet.
En natuurlijk de Copa das Copas. "Het evenement dat Brazilië zal versterken. Het is een van de beste gelegenheden waarin we onze cultuur, onze gastvrijheid, onze levensvreugde en onze natuurlijke schoonheden kunnen tonen."
Maar ja, ook dat wisten we natuurlijk al. Brazilië is een prachtig land met prachtige mensen. Die aan het einde van dit jaar naar de stembus zullen gaan om een nieuwe president en een nieuw Congres te kiezen. Alles wijst erop dat Dilma op dit moment haar tweede termijn als president eenvoudig in de eerste ronde zal binnenhalen en op zeker speelt om haar directe concurrenten Aécio Neves en Eduardo Campos geen gelegenheid te geven daar onverwachts een stokje voor te steken. Vandaar de weinig sprankelende tekst van eergisteren. Hameren op stabiliteit, geen spectaculaire dingen beloven, de eigen sociale successen in de verf zetten en vooral nergens de confrontatie aangaan. Dilma als baken in woelige baren.
zondag 2 februari 2014
Bericht van de President
Morgen vindt in het Congres de Braziliaanse equivalent van de State of the Union plaats, de Mensagem do Presidente. Deze wordt in tegenstelling tot haar Amerikaanse evenknie niet rechtstreeks door de president zelf uitgesproken. Het betreft een tekst, opgesteld door de president (Dilma Rousseff), die door haar kabinetschef (Aloizio Mercadante) aan een gezamenlijke zitting van de Senaat en het Huis van Afgevaardigden wordt overhandigd en traditioneel door de eerste secretaris van het Huis van Afgevaardigden (Marcio Bittar van de oppositionele PSDB) wordt voorgelezen. De lezing van morgen zal de laatste in de nog lopende regeerperiode van presidente Dilma zijn. In de tekst zal zij de huidige staat van het land uit de doeken doen en het Congres oproepen haar plannen voor het komende jaar goed te keuren. Bij de lezing zijn alle federale parlementariërs aanwezig, evenals afgevaardigden van de uitvoerende en de rechterlijke macht. Daarnaast wordt het corps diplomatique in staat gesteld de lezing bij te kunnen wonen. De hele sessie wordt afgesloten met een rede van de voorzitter van het federale hooggerechtshof (Joaquim Barbosa) en de voorzitter van het Congres (Henrique Eduardo Alves).
Vorig jaar deed Dilma een oproep tot een belastinghervorming, een politieke hervorming en verandering van de financieringsregels voor de deelstaten. Deze zouden uiteindelijk allen door het federale hooggerechtshof worden verworpen. Daarnaast pleitte de presidente ervoor dat alle opbrengsten van de royalities van de aardoliewinning in het pre-salgebied voor de kust van Brazilië in het onderwijs zouden worden geïnvesteerd. Uiteindelijk kreeg ze daarin maar gedeeltelijk haar zin. Het Congres bepaalde dat 75% naar onderwijs zal gaan en de resterende 25% in de gezondheidszorg zal worden geïnvesteerd. Andere punten uit de tekst van 2013 waren de stimulering van de industrie, belastingverlagingen, meer geld naar armoedebestrijding, verlaging van de energietarieven en een dalende rente. Van dat laatste is niets terechtgekomen. De rente is het afgelopen jaar juist gestegen door ingrijpen van de centrale bank om de inflatie in toom te kunnen houden. De Selic, de belangrijkste rentestand, staat op dit moment op 10,5% bij een inflatiecijfer rond de 5,91%.
Morgen zal Dilma ook haar plannen voor economie uit de doeken doen en vooral moeten gaan uitleggen waarom de economische groei het afgelopen jaar is achtergebleven. De verwachting is dat zij dat met name aan de internationale economische gang van zaken zal wijten en dan met name de grote problemen in Europa. De regering zal de federale, de deelstaat- en de gemeentelijke overheden oproepen zich aan het in 2013 getekende pact tot fiscale veranwoordelijkheid te houden. Dit houdt in dat de overheden met het oog op de internationale economische situatie geen uitgaven zullen doen die voor Brazilië als geheel te belastend zouden kunnen uitpakken.
De verwachting is dat Dilma in haar bericht prioriteit zal geven aan de goedkeuring van het Congres van een veertiental 'medidas provisórias', een soort presidentiële decreten die reeds in 2013 zijn gepubliceerd, evenals vijf grondwetswijzigingen die op stapel staan.
Vorig jaar deed Dilma een oproep tot een belastinghervorming, een politieke hervorming en verandering van de financieringsregels voor de deelstaten. Deze zouden uiteindelijk allen door het federale hooggerechtshof worden verworpen. Daarnaast pleitte de presidente ervoor dat alle opbrengsten van de royalities van de aardoliewinning in het pre-salgebied voor de kust van Brazilië in het onderwijs zouden worden geïnvesteerd. Uiteindelijk kreeg ze daarin maar gedeeltelijk haar zin. Het Congres bepaalde dat 75% naar onderwijs zal gaan en de resterende 25% in de gezondheidszorg zal worden geïnvesteerd. Andere punten uit de tekst van 2013 waren de stimulering van de industrie, belastingverlagingen, meer geld naar armoedebestrijding, verlaging van de energietarieven en een dalende rente. Van dat laatste is niets terechtgekomen. De rente is het afgelopen jaar juist gestegen door ingrijpen van de centrale bank om de inflatie in toom te kunnen houden. De Selic, de belangrijkste rentestand, staat op dit moment op 10,5% bij een inflatiecijfer rond de 5,91%.
Morgen zal Dilma ook haar plannen voor economie uit de doeken doen en vooral moeten gaan uitleggen waarom de economische groei het afgelopen jaar is achtergebleven. De verwachting is dat zij dat met name aan de internationale economische gang van zaken zal wijten en dan met name de grote problemen in Europa. De regering zal de federale, de deelstaat- en de gemeentelijke overheden oproepen zich aan het in 2013 getekende pact tot fiscale veranwoordelijkheid te houden. Dit houdt in dat de overheden met het oog op de internationale economische situatie geen uitgaven zullen doen die voor Brazilië als geheel te belastend zouden kunnen uitpakken.
De verwachting is dat Dilma in haar bericht prioriteit zal geven aan de goedkeuring van het Congres van een veertiental 'medidas provisórias', een soort presidentiële decreten die reeds in 2013 zijn gepubliceerd, evenals vijf grondwetswijzigingen die op stapel staan.
Abonneren op:
Posts (Atom)