maandag 17 september 2012

Oog van de naald

De nieuwste hit in crimineel Brazilië is op dit moment de sequestro relâmpago, vrij naar het Nederlands vertaald een roofontvoering. Bendes rijden met auto's door de straten van de stad op zoek naar potentiële slachtoffers, meestal gringo's of welgestelde Brazilianen. Het principe is simpel: je sleurt iemand al dan niet onder bedreiging van een vuurwapen uit een auto of van straat, gooit hem of haar in een (andere) auto, rijdt met hem of haar naar bank (of winkel) en trek diens creditcard zorgvuldig leeg.
Het is op dit moment een plaag. Je hoeft maar een van de vele Braziliaanse journaals te bekijken of er komt wel een gevalletje relâmpago langs. Waren het tot voor kort vooral de steden Rio de Janeiro en São Paulo die er last van ondervonden, nu schijnt er in het Federaal District, zeg maar de deelstaat rond de federale hoofdstad Brasília, zo'n golf van roofontvoeringen te bestaan dat men de Força Nacional te hulp heeft geroepen om het met geweld de kop in te kunnen drukken. Sinds een week houden deze speciale politie-eenheden alle uitvalswegen naar de buurdeelstaat Goiás met veel machtsvertoon in de gaten gehouden, want ook in Brasília geldt de onuitroeibare rechtse logica dat alle gevaar per definitie van buitenaf komt.
Ik ben terug van mijn verblijf in Brazilië. Veilig en wel, al had het weinig gescheeld.Ook tijdens dit verblijf was er dat ene moment dat ik het gevoel had dat ik door het oog van de naald ben gekropen.
Het is donderdagavond, een uur of zes in Brasília. Zoals in de tropen gebruikelijk is de zon dan al een uurtje onder. Na een dag lobbyen op het ministerie van Justitie brengt mijn partner mij per auto naar mijn woning in de Asa Sul, een van de vleugels van het vliegtuigontwerp dat deze in 1960 in gebruik genomen stad planologisch zo kenmerkt. 's Avonds gekenmerkt door een naargeestige eentonigheid. Alle flatgebouwen lijken op elkaar en doordat er nauwelijks mensen lopen hangt er direct een dreigende sfeer. Ik wordt bij de supermarkt afgezet en zeg tegen mijn Braziliaanse vrienden dat ik zij wel kunnen gaan. Omdat deze winkel achter mijn flat ligt lukt het mij wel om alleen thuis te komen. Ik doe mijn boodschap, stap de schuifdeur uit en jawel, de twijfel slaat toe. In deze donkere omstandigheden in een woonwijk in Brasília zo'n beetje het ergste wat je kan overkomen. Wat te doen? Een local vragen, natuurlijk. Wetende dat een Braziliaan je altijd de weg zal wijzen, ook al is het uit louter beleefdheid je te helpen de verkeerde, neem ik de gok. En de verkeerde dus. Na drie haltes op de uitvalsweg Via W Três Sul te hebben gelopen (donker, weinig mensen, geen taxi's en heel veel auto's) besluit ik een kroeg in te gaan, een biertje te drinken en in alle rust de ober naar de weg te vragen. En ja hoor, ik moet helemaal terug en nee, taxi's rijden dat voor hen korte ritje niet, maar weet wel weet de goede man mij te verzekeren, muito perigoso! (Erg gevaarlijk!)
En toen schoot het relaas van mijn Braziliaanse vriend daags daarvoor mij door het hoofd. Het verhaal met die twee beruchte woorden, "sequestro" en "relâmpago". Hij was er de week daarvoor slachtoffer van geworden. Men had hem van straat geplukt en op een afgelegen plek net buiten het centrum onder bedreiging van alles beroofd wat van waarde was.
Daar loop ik dus die avond in donker Brasília. Het ideale doelwit. Een gringo die door zijn bezoek aan het ministerie in witte hemdsmouwen en met alles op zak van waarde is over straat loopt. Creditcard, paspoort, laptop. Kortom, het was van mijn kant regelrechte uitlokking. Moe en met het verstand op nul ga ik op huis aan. Letterlijk het gevoel van de dood of de gladiolen. De adrenaline giert door mijn lichaam, mijn zintuigen op scherp om elk potentieel gevaar voor te kunnen zijn. Elke passerende auto houd ik in de gaten, net als elke zijstraat van deze uitvalsweg. Groepjes mannen ga ik uit de weg en bij het passeren van een steeg versnel ik mijn pas.
Ik kom uiteindelijk zonder kleerscheuren thuis, neem een Brahma of drie en ga slapen. Midden in de nacht word ik badend in het zweet wakker. De angst vliegt me naar de strot en ik denk aan mijn vier meiden in het verre Nederland. Oef, dat was toch weer eens het oog van de naald!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten