dinsdag 7 mei 2013

PC Farias, wederom in beeld


Paulo César oftewel PC Farias (foto) is weer in het Braziliaanse nieuws. De gewelddadige dood van deze voormalige penningmeester van de campagne in 1989 voor het presidentschap van Fernando Collor de Mello en zijn minnares in 1996 leidde tot veel speculaties in de pers. Was het zelfmoord, een passionele moord of een moordaanslag door derden?
Farias en zijn geliefde Suzana Marcolino werden op 26 juni 1996 dood aangetroffen in een woning in Guaxuma, een buitenwijk van Maceió, de hoofdstad van de deelstaat Alagoas. Ten tijde van zijn dood was de ondernemer in staat van beschuldiging gesteld wegens belastingontduiking, valsheid in geschrifte en ongeoorloofde zelfverrijking, maar verbleef hij voorwaardelijke in vrijheid. Zijn dood werd door de politie direct in verband gebracht met het vermoeden dat Farias op het punt stond om medeplichtigen aan de hem toegeschreven misdrijven te gaan onthullen.


Op het eerste gezicht in Brazilië normale aantijgingen tegen een corrupte ondernemer, ware het niet dat PC Farias direct in verband staat met het wegens corruptie in 1992 gedwongen aftreden van zijn broodheer in 1989, president Collor de Mello. Farias verwerd tot de centrale persoon waaromheen de corruptiepraktijken van president naar voren werd gebracht. Het gaf de moord net die extra aandacht die om zijn persoon hing.
Aanvankelijk ging de politie in Alagoas ervan uit dat het om een passionele moord zou handelen. Suzana zou PC om het leven hebben gebracht en daarna zichzelf van het leven hebben beroofd. Een arts wist hier al snel bedenkingen tegenover te plaatsen, die weldra werd bevestigd door hernieuwd politieonderzoek.
Sinds gisteren staan daarom, na zeventien jaar, vier politiemensen voor de rechter wegens indirecte betrokkenheid bij de moord op Farias en zijn minnares. Zij waren toendertijd belast met de persoonlijke bewaking van het slachtoffer, maar zouden daarin opzettelijk gefaald hebben. Het OM laat daarbij in het midden of de politiemensen van de moordaanslag vooraf geweten hebben, maar sluit dit nadrukkelijk niet uit. De politiemannen staat een gevangenisstraf tussen de 12 en 30 jaar te wachten, maar omdat het om twee moorden gaat zou dat nog wel eens vele malen hoger kunnen uitvallen. In de rechtszaak zijn er 27 getuigen die dit zouden kunnen bevestigen.
Een vreemde zaak. Geen eenduidige daders, maar de schuld lijkt te worden afgeschoven op hen die het hadden kunnen voorkomen. Tja, Brazilië.

zondag 5 mei 2013

Nhá Chica, de wonderen zijn de wereld nog niet uit

Het is zondag, dus vandaag een kerkelijk nieuwtje in de schijnwerpers. Brazilië is het grootste rooms-katholieke land ter wereld. Nog steeds geeft 70 tot 80% van de Brazilianen aan zich een lid van die kerk te beschouwen, al heeft deze de laatste jaren een grote concurrent in de oprukkende protestantse pinkstergemeenten te duchten. Daarom is de zaligverklaring van Francisca de Paula de Jesus, in Brazilië beter bekend als Nhá Chica, door het Vaticaan vandaag een steun in de rug van de bedreigde rooms-katholieke gemeenschap.

Nhá Chica (foto) was bij leven al een heilige voor de bewoners van de toenmalige provincie Minas Gerais. Ze werd in 1810 uit een slavenfamilie geboren in São João del-Rei, werd op haar tiende jaar wees en zou in 1895 in Baependi overlijden. Voor veel mineiros (inwoners van de deelstaat Minas Gerais) wordt ze gezien als "mãe dos pobres" (moeder van de armen) naar aanleiding van een wonder dat ze bewerkstelligd zou hebben bij de genezing van een lerares in Caxambu. Ondanks een familievermogen besloot ze zich in armoede aan de spirituele armenzorg te gaan wijden. Haar hele financiële vermogen zou daarbij op zijn gegaan, waaronder de oprichting van een kapel in het stadje Baependi, die vandaag de dag doorgaat voor haar heiligdom.
Het proces tot heiligverklaring door de kerk werd in 1989 door paus Johannes Paulus II in gang gezet en leidde vorig jaar door de nominatie tot zaligverklaring door paus Benedictus XVI. Deze kerkelijke erkenning van haar bijzonderheid kan in de toekomst overgaan in een heiligverklaring als nog eens twee wonderen aan haar toegeschreven kunnen worden.