Donderdag 30 juni nadert en de Braziliaanse partijpolitiek bruist op volle toeren. Morgen moeten de partijen (of in Brazilië beter gezegd de coalities van partijen)officieel bekendmaken wie zich waar in oktober van dit jaar verkiesbaar stelt. Met die deadline in zicht worden electorale zaken beslist en tegelijkertijd politieke carrières gemaakt of gebroken.
Het spel wordt hoog gespeeld en dat kwam dit jaar bij uitstek tot uiting bij de keuze voor het vice-presidentschap naast presidentskandidaat José Serra (PSDB). De DEM (voorheen de PFL) is sinds jaar en dag een politieke bondgenoot van de PSDB. Deze week kwamen de twee politieke vrienden danig met elkaar in aanvaring toen via Twitter was uitgelekt dat de keuze was gevallen op Álvaro Dias, een PSDB-er uit de deelstaat Paraná. Deze keuze werd ingegeven door de strategische overweging diens broer Osmar Dias te verleiden naar het kamp van Serra over te stappen en zo van zijn gouverneurschap in Paraná (door de PT/PMDB gesteund in ruil voor Dias's steun voor PT-presidentskandidate Dilma Rousseff) af te zien. Nadat Osmar zijn keuze voor Rousseff bevestigde leek de PSDB aanvankelijk toch aan de kandidatuur van Álvaro vast te houden. Binnen de DEM werd vervolgens openlijk gesproken over een breuk met de PSDB als deze zou afzien van een DEM-kandidaat. Kopstukken van beide partijen kwamen meerdere malen in São Paulo en Brasília bijeen om een uitweg uit de impasse te vinden. Ze kwamen uit bij de kandidatuur van de jeugdige DEM-politicus Índio da Costa uit Rio de Janeiro, door José Serra hoogstpersoonlijk op de valreep bekend gemaakt tijdens een DEM-conventie op 29 juni. Met Índio da Costa (kopstuk van het succesvolle anti-corruptieproject Projeto Ficha Limpa) hoopt men in Rio de Janeiro stemmen voor Serra binnen te halen, een sleuteldeelstaat waar de PSDB slecht in de peilingen staat. De coalitie tussen de PSDB en de DEM is weer verzegeld. De messen zijn geslepen.